Lees hier de overweging van 8 september 2024!
OVERWEGING 23e zondag door het jaar B – 7-8 september 2024
Jesaja 35,4-7a; Jakobus 2,1-5; Marcus 7, 31-37
Inleiding:
Ziekenzondag. We kennen Moederdag, Vaderdag, Missie-zondag, zondag voor de eenheid van de Christenen en nog veel meer speciale zondagen. Ziekenzondag staat ook al sinds jaar en dag in dat rijtje, een dag waarop ‘n speciale doelgroep extra in de aandacht wordt geplaatst. In Nederland stimuleert de Zonnebloem op de tweede zondag van september de Nationale Ziekendag. Dit jaar is dat de 50e keer.
Ziek zij is niet iets dat slechts een bepaalde groep treft, ziekte kan alle mensen treffen. Ziekte komt vaak als een dief in de nacht. Ziekte raakt iedereen, je gaat voor een kleinigheid naar het ziekenhuis, je moet even blijven, en na een week hoor je of er wel of niet iets aan te doen is. Een handicap hetzelfde. Deze weken met de paralympics horen we de verhalen van de slechtziende zwemmers, de baanwielrenners, de handbikers zonder benen, de atleten met blades. Er zit een wereld van lijden en strijd achter al die behaalde medailles. Diep respect.
Het is opvallend dat ook veel groten in de kerk, juist door hun ziek-zijn hun grootheid bereikt hebben. We kennen de Heilige Liduina van Schiedam, maar ook Franciscus van Assisi en Ignatius van Loyola. Veel mensen hebben zo de echte diepte van hun leven bereikt. Iedereen weet dat ziekte een worsteling geeft met de zin van het leven en de last van het lijden. Die worsteling houdt je scherp, open. Jezus spreekt in het evangelie vandaag niet voor niets: Effeta, ga open!!
OVERWEGING
Lawaai en stilte… We leven in een wereld die ‘rollercoaster’ wordt genoemd, een 8-baan, de mallemolen van het leven, een wereld als een soort tol, waar we vroeger mee speelden, die altijd maar ronddraait, vaak niet geluidloos. Misschien beseffen we nauwelijks, hoe groot de stilte in het hoofd van een doofstomme is: een eindeloze stilte, door niets of niemand verstoord. Zeker, er bestaat liplezen en gebarentaal. De dove mens kan, na veel oefening, begrijpen wat gezegd wordt, maar echt geluid zelf komt de stilte niet binnen. Het moet dus als een wonder voelen, als de oren van een dove mens opengaan en het geluid dringt binnen! Alsof je even helemaal om jezelf heen-tolt en niets meer hetzelfde is. Dit is het evangelie van deze ziekenzondag. Natuurlijk kan rust en stilte heilzaam zijn in de drukte van discussiërende, lawaaierige gezelschappen tot langs-racende auto’s en overvliegende vliegtuigen. Als kinderen van een slechthorende vader, dachten we ooit wel eens: wat je niet hoort, heb je ook geen last van. Stilte kan benijdenswaardig zijn, zoals wordt ervaren in kloosters, maar … het zet je wel alleen. Je doet niet mee aan het gesprek, je zit erbij, ook hier in de kerk, en je weet niet echt waar het over gaat. Isolatie, zo voelt het, en het brengt vaak argwaan of achterdocht mee… dat geldt niet alleen voor doofheid, eigenlijk voor elke vorm van ziek-zijn of met een beperking leven.
Zoals zo vaak sluit het evangelie vandaag verrassend goed aan bij de wereld van vandaag. De doofstomme man die naar Jezus wordt gebracht, staat symbool voor de vele eenlingen in onze wereld: cijfers zeggen dat er nog nooit zoveel mensen geweest die echt alleen willen zijn, geen gezin willen, zelfs geen partner, en die doofstom lijken voor wat er zich in hun omgeving en de wereld afspeelt. We kennen ze: mensen die als een tol om zichzelf heen draaien en wiens enige contact met anderen is de communicatie en spelletjes op hun smartphone. Zij kennen dat draaigevoel. Het woord ‘autisme’ wordt er vaak op geplakt. En wie met hen naar hulp zoekt, komt in een rollercoaster van zorg terecht. Daarnaast zijn er ook méér echt eenzame mensen dan ooit, sommigen in zichzelf doorgedraaid, bij gebrek aan tegenpool, levenspartner, iemand die hen bemoedigt en waardeert. Juist op Nationale Ziekendag kijken we met de lezingen naar álle zieken en juist naar hen voor wie het leven tolt. Op de onuitgesproken hulpvraag van de doofstomme heeft Jezus maar één antwoord om te genezen: ‘Effeta! ‘Ga open! Juist als je je openstelt voor het woord van de ander, ook voor de Ander met een Hoofdletter, kun je leven. Al zijn we niet doofstom, velen van ons kennen de pijn van eenzaamheid, van ziekte en verlies en afhankelijkheid. Jesaja spreekt in de eerste lezing tot het volk in ballingschap die dit allemaal had ervaren: ‘God komt om u te redden’. Als we ons openstellen voor God, verandert ons leven en de wereld om ons heen: ‘Dan gaan de ogen van de blinden weer open en worden de oren van de dove geopend. De lamme zal springen als een hert en jubelen zal de tong van de stomme.’ Laat niet met je tollen en sollen door de waan van de dag, laat je niet verleiden tot het vertellen van boze dingen, maar juist tot goede dingen, en zucht niet steeds van ontevredenheid wanneer iets niet meezit, want daar wordt het niet beter van. Of zoals Jakobus zegt in zijn brief: Kijk niet te veel óp tegen rijken of wie ogenschijnlijk alles goed hebben, en zie niet néér op wie het minder hebben, het koninkrijk is voor iedereen die God liefheeft.
Effeta, open je. Het zijn woorden tot ons gesproken bij ons doopsel. Er is toen gebeden dat wij als dopeling goed zouden mogen horen en spreken. En natuurlijk: Gods woord kan niet zorgen dat we geen bril of gehoorapparaat meer nodig hebben, maar God kan wel de draaitol van ons leven tot rust brengen door ons gevoel van onvermogen te herstellen, door in de woestijn van ons leven, weer een begaanbare weg te creëren, door ons, ook met onze broze gezondheid, het gevoel te geven dat onze levensweg, uiteindelijk en heel beslist, toch de moeite waard is. Amen.