Lees hier de overweging van 19 maart 2023
PREEK 4E ZONDAG 40 DAGENTIJD A – 18-19 maart 2023
1 Samuel 16, 6-7.10-13a; Efeziërs 5, 8-14; Johannes 9, 1-41
Wat een veranderingen, zo zeiden heel veel mensen midden in deze afgelopen week toen de verkiezingsuitslag van de Provinciale Staten verrassender was dan ooit. En… de reden waarom BBB zo groot geworden is: omdat – zo zeiden veel boeren en burgers, zo zei de partijleidster – omdat mensen niet gezien werden, omdat de huidige leiders de problemen niet zagen en aanpakten….
Dat ‘zien’ belangrijk is, dat wisten we al, maar zoals u al begreep, het gaat hier over een heel ander zien. Bij het evangelieverhaal van de blindgeborene – en eigenlijk al eerder met de zoektocht naar een nieuwe koning voor Israël en de keuze voor David in de eerste lezing – is het ontzettend belangrijk dat we anders kijken als we gewend zijn. Zien en gezien worden is cruciaal, maar ook naar wie en waarnaar je kijkt. Het is wellicht overbodig om te zeggen dat de hoeveelheid mensen die echt met oogkleppen door de wereld gaat, erg groot is.
Oogkleppen, zoals paarden die dragen, zodat ze niet afgeleid worden.
De oogkleppen zorgen ervoor dat het paard een beperkt gezichtsveld heeft; meestal alleen recht vooruit. Het achterwaartse en grootste deel van het zijwaartse blikveld is gehinderd. Hierdoor is het paard minder vatbaar voor verstoring en resulterend vluchtgedrag vanwege bewegingen die hij anders achter zich en aan de zijkant zou zien. Het paard kan zich bovendien meer focussen op het recht vooruitlopen. Is het hoofddoel van de oogklep in de rensport en mensport het vooral gefocust houden van het paard op de raceprestatie.
Jezus – in het evangelie – kijkt naar mensen, zoals God naar mensen kijkt.
Hij kijkt anders. David in het Samuelverhaal, was de jongste in wie niemand iets zag, maar God zag in hem een leider. In de blindgeborene in ons Johannesevangelie zag men een marginale figuur maar hij bleek een mens in nood, en God zag in hem een mens in staat tot geloof.
Het is duidelijk dat de Farizeeën blind zijn voor wat Jezus ziet. Voor hen is die bedelaar ‘in zonde geboren’. Voor hen is Jezus iemand die wil opvallen, och ja, de zoon van de timmerman – iemand die nooit gestudeerd heeft, zoals wij, zullen ze gedacht hebben. Het is hun pretentie, hun arrogantie, die hen verblindt: zij zijn zo overtuigd van hun eigen gelijk dat zij met oogkleppen op niet meer kunnen open staan voor onverwachte visies en meningen.
Waar hebben we dat méér gehoord? Campagnes verkiezingen?
De tijden zijn niet echt veranderd. Zijn er ook vandaag niet mensen die zeggen, dat wie in armoede leeft of bij de voedselbank of kledingbank komt, het aan zichzelf te danken heeft? Zo waren er in Jezus’ tijd velen die ziekte zagen als straf voor zonde. Alsof God wil dat mensen in ellende leven en de mens laat lijden om hem te straffen. Juist op weg naar Pasen merken we, leren we, dat onze God de mens zoekt om hem te verlossen. Dat laat Jezus zien in dit wonderverhaal. Jezus toont hier juist aan dat de sabbat, en eigenlijk alle religieuze voorschriften, er niet zijn om zelf gezien te worden, maar om God te eren. En God eren wij door te proberen zo goed als God te zijn.
Uiteindelijk zijn wij Gods medewerkers… maar inderdaad, net als eerder, soms met oogkleppen op. We merken goed dat er wonderen gebeuren als we die kleppen afdoen en een hand uitsteken naar de mens naast ons, thuis, op straat, op ons werk, waar dan ook. Het wonder gebeurde toen Jezus de man gezien en gevonden had – dat is al bijzonder: Het is niet de man die Jezus zoekt maar andersom. Jezus – als licht voor de wereld – komt met Zijn opzoekende liefde en bevrijdt hem met het wonder. En het wonder is dat deze blindgeborene niet alleen het licht, maar ook het Licht van de wereld ziet. Zijn ogen worden als het ware twee keer geopend. Jezus doet dat door hem de vraag te stellen. “Geloof je in de Zoon van God?” De man bekent eerlijk het niet te weten. Zijn natuurlijke ogen werken inmiddels prima, maar geestelijk gezien is hij nog blind. Dan brengt Jezus brengt een tweede wonder tot stand. De man gaat zien, inzien, dat Jezus de Christus is, Licht voor de wereld. Licht voor de wereld zijn – het vastenactieproject voor de kinderen in Ghana heet niet voor niets zo. Zien… Bij het verhaal over de keuze van de nieuwe koning David, valt bijzonder op dat het bij de nieuwe koning niet gaat om uiterlijkheden. In Juda is die familie van Isaï niet belangrijk of machtig, en binnen die familie is David de laatste en dus de minst belangrijke van alle zonen. God leert Samuël niet te letten op het uiterlijk, maar te kijken naar het hart. Als Samuël David ziet, weet hij dat die het moet zijn: hij is eenvoudig en ontvankelijk voor de geest van God. Zo moet een goede koning zijn, zegt het verhaal.
Tenslotte: vanmiddag is de klassieker Ajax-Feijenoord …over ‘Zien’gesproken: De topvoetballer en filosoof Johan Cruijff bracht het treffend onder woorden: ‘Je snap het pas, als je het begrijp’. Of ‘Je gaat het pas zien als je het door hebt.’ Het geldt ook voor deze blindgeborene. Hem zijn de ogen geopend en hij ziet het weer, heeft inzicht. Waar anderen de oogkleppen niet hebben afgezet, gevangen in hun eigen systeem zodat ze het niet zien, ontmoeten hier twee bijzondere mensen elkaar: twee mensen die buiten alles staan, maar die uiteindelijk worden erkend in hun visie, Jezus en de blindgeborene. Zij laten ons zien in deze paasgedachte, dat God de mens niet in duisternis achterlaat maar hem doet leven en opstaan: het is een paasverhaal – op weg naar Pasen. Amen.