Lees hier de overweging van 1 september 2024!

OVERWEGING  30-31 augustus, 1 september 2024

Deuteronomium 4,1-2.6-8; Jakobus 1,17-18.21b-22.37; Marcus 7,1-8.14-15.21-23

Eigenlijk weten we het allemaal wel, maar…  Je merkt pas echt hoezeer ons leven doorspekt is van wetten en regels, van afspraken en gewoontes (die soms geen naam hebben maar die we wel allemaal kennen) tot je er echt mee van doen hebt… b.v. als je verhuist, kinderen krijgt, logés hebt of als je in een andere woonsituatie komt… Zeker als vanaf morgen, overmorgen, kinderen en jongeren weer naar school gaan, hebben we ermee te maken – zoals wanneer je in een verzorgings- of verpleeghuis gaat wonen, dan is het duidelijk!

Het gaat vaak om afspraken: van kleuters die je vraagt hun vinger op te steken als ze iets willen zeggen en vragen tot de bekende alarmbel waarmee mensen in zorginstellingen worden gevraagd aan te geven dat er iets is…

Als morgen het schooljaar, het nieuwe kerk- en werkjaar weer begint, proberen we allemaal weer in het ritme te komen – daar horen structuur en regelmaat bij, duidelijke afspraken. En daarmee zitten we midden in de Evangelietekst van vandaag: hoe omgaan met regels en wetten? En meer nog: hoe verhouden zich die regels ten opzichte van wat ons hart ons ingeeft? Moeilijk! Natuurlijk, regels zijn nou eenmaal nodig zijn om ons samenleven in goede banen te leiden. Iedere club, vereniging instantie, elke school, kerk, gemeenschap heeft een reglement met afspraken. Zo is het ook in ons leven: van etenstijden tot je tandenpoetsen, van gedoopt worden tot huwelijk, van werken en opvoeden tot begraven of gecremeerd worden aan toe zelfs.

Velen van ons zijn nog opgegroeid met de drie R’s…. Tegeltjeswijsheid – weet u het nog?  Rust, Reinheid, Regelmaat… en misschien lachen we er nu om, maar laten we het niet onderschatten… – veel mensen in zorgopleidingen of op kostschool leerden het, het waren en zijn ook afspraken in het familie- en gezinsleven, in kloosters, in groepen…

Het is in dat verband dat de Joodse Jezus in het Marcus-evangelie flink botst met enkele Farizeeën en Schriftgeleerden. Ze verwijten Jezus dat zijn eigen volgelingen hun handen niet wassen als ze eten. Daarmee gaan ze in tegen de overlevering van de voorvaderen, is hun verwijt. Jezus op zijn beurt vraagt zich af of hun geloof niets meer is dan leven volgens de wetten van Mozes. Dan gaat het om Wetten die niet van God, maar van een mens komen. Wetten die voorschrijven hoe schoon je handen moeten zijn, wat je mag eten en drinken, en al die andere 248 geboden en 365 verboden die het jodendom rijk is. 

Natuurlijk kunnen we ons afvragen wat die wetten en regels in ons eigen leven betekenen? Waren we vroeger strenger? Oordeelden we vroeger niet vaak over mensen die b.v. niet naar de kerk gingen? Over andermans R? Rust, reinheid, regelmaat, rituelen? Hoe belangrijk zijn rituelen voor óns? Is ons geloof eerst en vooral een gewoonte: bidden, naar de kerk, een kaars opsteken in een kathedraal op vakantie?  Een kruisje dragen aan een kettinkje, een Christoffelbeeldje in de auto of portemonnee, misschien op bedevaart gaan?

Is ons geloof vooral iets van uiterlijke rituelen of verwijzen ze ten diepste naar Gods wet van liefde en vrede?  Jezus volgen is wel een dingetje…

Het boek Deuteronomium begint met: ‘Luister Israël: de Heer, onze God, de Heer is de enige’ (Deut. 6,4). De betekenis van dit ‘Sjema Israël’ is ten 1e: ‘luisteren’ is nog belangrijker dan ‘horen’. Ten 2e: de betekenis van luisteren is ook: wat je hoort, omzetten in daden. Wij noemen dat ook: ‘gehoorzamen’, ‘gehoor geven aan’. Niet als een hondje, maar als een volgeling. Onze God, de God van Israël, is zelf op de eerste plaats een luisterende, attente God die zijn volk aanhoort. Over het volk in ballingschap zegt Hij: ‘k heb de jammerklachten van het volk gehoord, Ik weet hoe zij lijden’ (aldus het boek Exodus.)  Onze regels en religieuze rituelen zijn vóór alles een uitnodiging om te zijn en te doen zoals God zelf.

DeJakobusbrief is als echt Joods wijsheids-boek niet altijd begrepen en gewaardeerd. Maar deze brief vat wel de hele wet samen in het gebod van de liefde ten aanzien van de naaste. Jakobus zit niet zo te wachten op veel rituelen maar zegt: Weest uitvoerders van de wet, niet allen maar toehoorders. Sluit je niet op in heilige boeken, onttrek je niet aan je verantwoordelijkheid, maar wees hartelijk en betrokken naar elkaar en naar de gemeenschap.

Rust, Reinheid, Regelmaat… niet meer zo gemakkelijk voor mensen uit de 21e eeuw, ook niet voor ons, christenen, die vaak ver af staan van de religieuze belevingswereld van b.v. de Joodse families. Toch speelt de bezorgdheid om reinheid in het jodendom wel een grote rol, kosjer eten, geen vlees en zuivel tegelijk, is heel belangrijk voor Joodse mensen. Maar als het echt om de drie R’s gaat, dan gaat het om gedragsregel: hoe omgaan met God & medemensen? Jezus verbond regels vooral aan ons hart en zijn wet is niet en niets anders dan het gebod van liefde: Heb God lief en je naaste als jezelf!   Als we dat doen in alle rust – met een schoon, een rein geweten en steeds opnieuw, met grote regelmaat, dan is de R van religie, religieus zijn, niet zomaar een letter, maar ook echt op ons leven geschreven. En dat helpt, daar wordt de wereld beter van en wij zelf ook veel gelukkiger. Amen.