Lees hier de (dubbele) overweging van 16 juli 2023!
Preek 15e zondag door het jaar A – 15-16 juli 2023
Jesaja 55, 10-11; Romeinen 8, 18-23; Mattheüs 13, 1-23 Veendam, Oude Pekela
Het is misschien wel de vraag van de eeuw: waar doe je het allemaal voor?
In allerlei omstandigheden en zeker ook bij allerlei mensen komt deze vraag aan de orde. Hij werd onlangs gesteld aan Maarten van de Weijden: de zwemmer die de Elfstedentocht zowel zwom, als fietste als liep…. Ongelooflijk – zoveel inspanning… en hij had antwoord: ik doe het om veel geld bij elkaar brengen voor onderzoek om kanker te kunnen genezen. En nee, niemand zei: dat is toch zinloos, iedereen begreep dit.
De vraag werd natuurlijk de afgelopen week ook aan onze scheidende minister-president/premier gesteld: waar deed u het allemaal voor? 7 dagen in de week, altijd op reis, altijd kritiek, altijd ogen op je gericht. Hij kon naar eer en geweten ‘het land’ noemen – en in zijn kielzog werden deze week veel meer politici erop bevraagd. Je kunt het ook de boer van de 21e eeuw vragen… met die grote verantwoordelijkheid voor gewas en vee en alle onzekerheden voor de toekomst… of aan de burgemeester die het in de ogen van mensen nooit –allemaal goed doet… of de leraar die kinderen moet vertellen dat ze niet overgaan, de dokter die mensen soms niet kan beter maken, de moeder die haar kind een andere richting ziet gaan als ze hoopte, de politie die bekogeld wordt met stenen, de rechter wiens uitspraak altijd te zwaar is… Waar doe je het allemaal voor? We zouden het ook de koster of de koorzanger van de kerk kunnen vragen? Notabene onbetaalde functies…! Of al die mensen die vanaf dinsdag a.s. de 4-daagse van Nijmegen gaan lopen… waar doe je het voor? En wijzelf, op een lang leven terugkijkend? Er zijn zoveel antwoorden mogelijk.
En toch, zelden, zelden – bijna nooit, zeggen mensen dat ze alles voor niets hebben gedaan… Omdat er diep in ons toch het vertrouwen is dat, wát we deden, ergens positieve invloed heeft gehad, “vrucht heeft gedragen” om het maar in zaaitermen te zeggen, omdat we, door wat we zeiden, deden, volhielden, uitdroegen, toch iets aan de wereld en de mensen hebben veranderd en bijgedragen.
De lezingen vandaag gaan precies dáárover… Over wat je zaait en oogst in je leven, maar vooral over wat het zaad doet in de bodem – in de bodem van ons eigen hart, in het hart van anderen, in de levensbodem van deze wereld.
Langzaam maar zeker komen we erachter dat niet alleen het zaad belangrijk is en wanneer en hoeveel je zaait, maar vooral de bodem waarin ‘t terecht komt.
De profeet Jesaja verkondigt dan ook resoluut dat Gods woord geen loze praat is. Jesaja vergelijkt het woord van God met regen en sneeuw die, voor ze weer verdampen, de vruchtbaarheid van de aarde garanderen. Gods Woord is als water en water is een absolute voorwaarde tot leven. In de droogte en hitte van ons veranderende klimaat en zeker in woestijngebieden is dit duidelijk.
Het Evangelie vandaag komt uit de Parabelrede. Economisch gezien is die zaaier uit de gelijkenis die Mattheüs vertelt, wel een beetje een prutser. Het zaad dat hij strooit gaat alle kanten uit: een deel valt op de weg – en die moet ie toch gezien hebben – en als je het te bewerken land een beetje kent, dan weet je heus waar de rotsachtige grond ligt, waar je dus niet moet zaaien. Een zaaier kent toch de bodem van zijn land. En toch, zo vertelt Jezus in de gelijkenis, zaait de zaaier zo blijkbaar zorgeloos om zich heen. Het zaad wordt gestrooid en het valt, her en der: Veel van het zaad gaat eraan, het valt op platgetreden paden en zo kan het zaad geen wortelschieten en de vogels zijn er goed mee. In de rotsachtige bodem schiet het zaad wel wortel, maar niet genoeg om in de hete zon bescherming te bieden… En dan die distels, die verstikken…
We kunnen deze gelijkenis één op één toepassen op ons hart: Hoe vaak landen goede dingen niet omdat we afgeleid worden van God; En hoe vaak overvalt ons de gedachte dat het er allemaal niet toe doet en het niets uithaalt: Het zaad dat geen bodem vindt, niet ontkiemen kan, doodgetrapt wordt. Maar ondanks dat alles, zegt Jezus, valt er ook volop zaad in goede grond en dat draagt vrucht, veel, heel veel, of minder, maar het draagt vrucht, het gaat verder. Het zaad ís goed en er zal vrucht komen. We komen erachter dat de gesteldheid van de bodem, ons hart, belangrijk is. En aan Gods woord zal het niet liggen- dat heeft wel kiemkracht. Wij leven in een periode van grote culturele, politieke en godsdienstige omwentelingen. Alles verandert, ook wijzelf zijn veranderd in ons denken. Maar zijn wij blijven geloven in de kracht van Gods zaad? Het vertrouwen dat het zaad van Gods woord zijn werk doet, is ongelooflijk belangrijk. Waar doe je het allemaal voor??
‘Het verhaal zegt ons: van het resultaat van het zaad dat de zaaier zaaide, zakt de moed je in de schoenen. Eén deel viel op de weg; één deel op rotsgrond; één deel kreeg te weinig water; één deel viel tussen de distels. Dat is vier keer voor niets gezaaid. 80%. Maar die zaaier liet zich niet ontmoedigen. Hij zaaide door. En tenslotte had hij succes. Jezus verloor de moed niet. Wie goedheid zaait, zal goedheid oogsten. 20% procent heeft resultaat en die 20% draagt wel honderdvoudig vrucht. Dit evangelie maakt ons tot optimisten. Onze tijd kan wel wat optimisme gebruiken. Daarom is en blijft het evangelie iets voor onze tijd. En ook wat hier gezegd is, het zal 80x voor niets gezegd zijn. Maar de 81e keer zal het 100-voudige vrucht dragen. God weet? Misschien is dat net vandaag. Amen.
Preek 15e zondag door het jaar A – 15-16 juli 2023
Jesaja 55, 10-11; Romeinen 8, 18-23; Mattheüs 13, 1-23 afscheid Joseph-Nicolaaskoor Delfzijl
Het is misschien wel de vraag van de eeuw: waar doe je het allemaal voor?
In allerlei omstandigheden en zeker ook bij allerlei mensen komt deze vraag aan de orde. Hij werd onlangs gesteld aan Maarten van de Weijden: de zwemmer die de Elfstedentocht zowel zwom, als fietste als liep…. Ongelooflijk – zoveel inspanning… en hij had antwoord: ik doe het om veel geld bij elkaar brengen voor onderzoek om kanker te kunnen genezen. En nee, niemand zei: dat is toch zinloos, iedereen begreep dit.
De vraag werd natuurlijk de afgelopen week ook aan onze scheidende minister-president/premier gesteld: waar deed u het allemaal voor? 7 dagen in de week, altijd op reis, altijd kritiek, altijd ogen op je gericht. Hij kon naar eer en geweten ‘het land’ noemen – en in zijn kielzog werden deze week veel meer politici erop bevraagd. Je kunt het ook de boer van de 21e eeuw vragen… met die grote verantwoordelijkheid voor gewas en vee en alle onzekerheden voor de toekomst… of aan de burgemeester die het in de ogen van mensen nooit –allemaal goed doet… of de leraar die kinderen moet vertellen dat ze niet overgaan, de dokter die mensen soms niet kan beter maken, de moeder die haar kind een andere richting ziet gaan als ze hoopte, de politie die bekogeld wordt met stenen, de rechter wiens uitspraak altijd te zwaar is… Waar doe je het allemaal voor? We zouden het ook de koster of de koorzanger van de kerk kunnen vragen? Notabene onbetaalde functies…! Of al die mensen die vanaf dinsdag a.s. de 4-daagse van Nijmegen gaan lopen… waar doe je het voor? En wijzelf, op een lang leven terugkijkend? Er zijn zoveel antwoorden mogelijk.
En toch, zelden, zelden – bijna nooit, zeggen mensen dat ze alles voor niets hebben gedaan… Omdat er diep in ons toch het vertrouwen is dat, wát we deden, ergens positieve invloed heeft gehad, “vrucht heeft gedragen” om het maar in zaaitermen te zeggen, omdat we, door wat we zeiden, deden, volhielden, uitdroegen, toch iets aan de wereld en de mensen hebben veranderd en bijgedragen.
De lezingen vandaag gaan precies dáárover… Over wat je zaait en oogst in je leven, maar vooral over wat het zaad doet in de bodem – in de bodem van ons eigen hart, in het hart van anderen, in de levensbodem van deze wereld.
Langzaam maar zeker komen we erachter dat niet alleen het zaad belangrijk is en wannéér en hoevéél je zaait, maar vooral de bodem waarin ‘t terecht komt.
De profeet Jesaja verkondigt dan ook resoluut dat Gods woord geen loze praat is. Jesaja vergelijkt het woord van God met regen en sneeuw die, voor ze weer verdampen, de vruchtbaarheid van de aarde garanderen. Gods Woord is als water en water is een absolute voorwaarde tot leven. In de droogte en hitte van ons veranderende klimaat en zeker in woestijngebieden is dit duidelijk.
Het Evangelie vandaag komt uit de Parabelrede. Economisch gezien is die zaaier uit de gelijkenis die Mattheüs vertelt, wel een beetje een prutser. Het zaad dat hij strooit gaat alle kanten uit: een deel valt op de weg – en die moet ie toch gezien hebben – en als je het te bewerken land een beetje kent, dan weet je heus waar de rotsachtige grond ligt, waar je dus niet moet zaaien. Een zaaier kent toch de bodem van zijn land. En toch, zo vertelt Jezus in de gelijkenis, zaait de zaaier zo blijkbaar zorgeloos om zich heen. Het zaad wordt gestrooid en het valt, her en der: Veel van het zaad gaat eraan, wordt platgelopen en de vogels zijn er goed mee, of de zon verdroogt ze of de distels verstikken ze…
We kunnen deze gelijkenis één op één toepassen op ons hart: Hoe vaak landen goede dingen niet, gewoon omdat we afgeleid worden? Maar ondanks dat alles, zegt Jezus, valt er ook volop zaad in goede grond en dat draagt vrucht, veel, heel veel, of minder, maar het draagt vrucht. Het zaad ís goed en er zal vrucht komen, afhankelijk van de bodem, van ons hart.
Beste, lieve koorleden en oud-koorleden van het Joseph-Nicolaaskoor –
Beste Eddy, laatste dirigent-organist van het koor, waar doet, waar deed u het allemaal voor?? Ontelbare noten kwamen uit uw gezamenlijke monden, prachtige liederen, Nederlands, Latijn bij weer en wind, rouw en trouw, doop en jubileum – Straks zult u nog toegesproken worden, maar als we iets zeker weten, dat is dat het allemaal niet, nooit, voor niets was: de ontelbare kerkgangers al deze jaren, hebben van u genoten – u onderstreepte de woorden van de voorganger, u vulde de ruimte met warme klanken en hielp ons bidden, nadenken, genieten, uitrusten. Dank u wel!
‘Het verhaal van de zaaier zegt ons vandaag: al zou je bij het resultaat van het zaad dat de zaaier zaaide, de moed je in de schoenen zakken omdat: Eén deel op de weg viel; één deel op rotsgrond; één deel te weinig water kreeg; één deel tussen de distels terechtkwam: Dat zou dan vier keer voor niets gezaaid zijn. 80%. Dan nóg: Jezus verloor de moed niet. Wie goedheid zaait, zal goedheid oogsten. Wie warmte en sfeer zaait, zal sfeer oogsten. 20% procent heeft wèl resultaat. En die 20% draagt wel honderdvoudige vrucht. Dáár deed u het allemaal voor. Dit evangelie zegt ons: al zong je maar een uurtje, al droeg je maar een klein steentje, nootje, bij, je hebt de kerk, de gemeenschap, de liturgie in dit kerkje mooier gemaakt, heel veel mooier. Dank! Alles wat u betekende vanaf uw stoel in het koor, de klanken van het orgel: het zal het 100-voudig vrucht dragen. Reken maar. Amen.