Preek van 23 mei 2021
PREEK PINKSTEREN 2021
Handelingen 2, 1-11; Galaten 5, 16-25, Johannes 15, 26-27;16,12-15
Nu wij mensen, hier en in de meeste delen van de wereld, langzaam maar zeker weer opgelucht kunnen ademhalen (mooi woord met Pinksteren!) proberen we al wat terug te kijken…En concluderend wordt er gezegd: er is al meer dan 15 maanden ontzettend veel te doen geweest om het virus – maar niet alleen om het virus zelf maar vooral om het verspreiden van het virus. Dáár precies waren we het meest behoedzaam en bang voor: voor het verspreiden: zowel voor het zelf krijgen van iemand anders als voor het doorgeven aan een ander. Dat was ook de grote schrik tijdens alle drie ‘golven’ die we inmiddels hebben overleefd: zo snel als het zich verspreidt, dit voorjaar ook nog de Britse variant, maar ook in zorghuizen en scholen.
Het deed en doet nog steeds wat denken aan uitgebloeide paardenbloemen:
Je ziet hun zaadpluisjes door de lucht zweven – één windvlaag en de zaden worden met hun parachuutjes losgerukt van de stengel, uitgezaaid en verspreid… zelfs met een klein beetje blazen, mensen-adem, verspreiden ze zich en groeien er overal paardenbloemen.
Dit jaar zijn er wel extreem veel paardenbloemen trouwens…
Het is een mooi beeld van hoe het ooit na het Eerste Pinksterfeest moet zijn gegaan: dat groepje vrienden, leerlingen, apostelen, dat uitgeblust, burnt-out bij elkaar zat, teleurgesteld en misschien nog wel beduusd om wat ze beleefd hadden op Goede Vrijdag, na Pasen en tenslotte op Hemelvaart….Ze hadden de rust opgezocht omdat hun stad, Jeruzalem, vol was van mensen uit allerlei windstreken – pelgrims, Joden, vreemdelingen die zich tot God bekeerd hadden, die allemaal gekomen waren om het oogstfeest te vieren, de eerste graanoogst, én om volgens oude traditie met het Wekenfeest het Paasfeest, de bevrijding uit Egypte, af te sluiten. Toen al had zich de boodschap van Pasen, het bericht dat God Jezus had doen opstaan uit de dood, al over veel windrichtingen verspreid: Van Turkije tot Rome, van Kreta tot de Arabische gebieden…De leerlingen hadden veel om over na te denken. Tot er een flinke storm opstak – zoals ooit op de Sinaï toen Mozes de 10 geboden kreeg – en met wind en vuur ervaren ze – net als toen – Gods aanwezigheid, Gods Geest. Alsof ze het warm kregen van die liefdesverklaring, van die nabijheid van God, waardoor ze niet anders konden dan in de benen komen, opstaan en verder gaan. Zo is de verspreiding verdergegaan: één windvlaag kan wonderen doen. Over heel Europa, Azië tot in India en Afrika toe ontstonden kleine christelijke gemeenschappen, kleine kerkjes van mensen die met elkaar spraken over de goedheid en de liefde van God. Zo is het begonnen, zo is het gegaan. Het begin, de geboorte, de verjaardag van de kerk. Nu 2000 jaar verder… Pinksteren 2021.
En natuurlijk is er veel veranderd… Die verspreiding is nooit opgehouden: paardenbloemen bloeien nog steeds, de wind waait nog steeds en nog altijd laten in ons land zo’n 400 volwassenen per jaar zich dopen of treden toe tot onze kerk en worden er tussen de 8- en 9000 kinderen per jaar gedoopt…
Gods kerk is dus niet afhankelijk van een virus, is niet afhankelijk van de plannen, de organisatie en de activiteiten van gelovigen hier en nu, maar van het waaien van de Geest. Dat vinden we misschien best lastig te geloven… maar is het niet zo dat, als je van een graslandje of uit je tuin, twee paardenbloemen weghaalt, dat er een halve meter verderop weer net zoveel staan? Is het niet zo dat, als je ergens een brandje, een vuur blust, het zomaar ergens anders weer opnieuw kan gaan smeulen of roken?? Is het niet zo dat, als een kerkgebouw ergens wordt gesloten of het geloof uit een streek lijkt te verdwijnen, er volgens de geschiedenis altijd nieuwe mensen iets nieuws beginnen? En ook al raakt onze kerk (net als de samenleving) soms helemaal verstrikt en verstikt in regels, in procedures en veel papier, de wind blaast er overheen en opeens ligt weer ópen waar het echt om gaat? Er is maar een klein beetje adem nodig om het smeulende vuur weer áán te blazen. Dat brengt ons ook bij het Pinksterfeest van onszelf: natuurlijk zijn we doodmoe van alle maatregelen en beperkingen, van het gedoe rondom cijfers en zoveel zieken in ziekenhuizen…van de niet-vanzelfsprekendheid en het uitstel van dingen… maar… de kunst is om de moed niet te verliezen – om niet ‘burnt-out’ te worden, uitgeblazen, uitgedoofd, maar één pluisje goedheid, warmte, hartelijkheid en begrip kan ons alweer helpen het oude vuurtje aan te wakkeren…dat is Gods Geest…die waait altijd. De kerk is al oud, méér dan 2000 jaar, maar lang niet oud genoeg om niet opnieuw de Geest te ontvangen …en dan, dan gaat de verspreiding weer heel snel. Daarom niet wanhopen na maanden stilstand en dichte deuren, Gods Geest waait, de zaadpluisjes verspreiden zich, Gods liefde gloeit en wij, mensen, wij christenen, wij ontvangen… en door die Geest blijven we in beweging, altijd.
ZALIG PINKSTEREN! Amen.