Preek van 19 november 2021

OVERWEGING CHRISTUS KONING  20-21 november 2021

Daniël 7, 13-14; Openbaring van Johannes 1, 5-8; Johannes 8, 33b-37   wereldbol

“Mijn koningschap is niet van deze wereld”- een zinnetje uit het evangelie dat op dit feest van Christus Koning in onze hoofden, in onze oren blijft hangen – het vraagt om uitleg – zoals dit hele feest van Christus Koning in feite om uitleg vraagt. Ik zal proberen die uitleg te geven, Het gaat om het woord ‘koningschap’ en het woord ‘wereld’ – want is er een andere wereld als deze? Ooit waren wij natuurlijk als klein landje in West-Europa helemaal niet zulke globalisten, wereldbewoners en wereldreizigers – maar die tijd is voorbij – velen van ons hebben al meerdere continenten bezocht – en we denken wereldser dan ooit: we merken het eerst en vooral nu de pandemie wereldwijd ons leven blijft beheersen – we weten ook hoe het in Canada is, in Australië en in Oostenrijk – we merkten bij de klimaattop in Glasgow dat het ‘wereld-denken’ ons leven steeds meer bepaalt en dan hébben we het nog niet eens over het WK voetbal!!! 

Het feest waarmee wij als RK-kerk het kerkelijk jaar afsluiten, is vóór alles een breder denken dan alleen maar een binnenskamers feestje waar je op nu maar meer vier gasten kunt ontvangen binnen de coronamaatregelen.

Christus Koning. We vierden als christenen Kerstmis, Pasen en Pinksteren, alles uit Jezus’ leven kwam langs en deze laatste zondag zien we Jezus precies zoals Hij is en was: Koning – maar van een heel andere wereld als deze wereldbol doet vermoeden. Misschien eerst even de blik op de Jezus uit het evangelie:

Het was door de wonderbaarlijke broodvermenigvuldiging, de vijf broden en twee vissen voor 5000 mensen – dat het volk zó enthousiast werd, dat ze Jezus tot koning wilden uitroepen. Hij werd als de beloofde Messias gezien, die een rechtvaardig heerser zou zijn en die zijn volk niet alleen van voedsel zou voorzien, maar die zijn koningschap ook anders zou uitoefenen als eerdere falende koningen: Hij zou verwijzen met zijn koningschap naar God die op de éérste plaats Koning is van de hele schepping en die zijn volk trouw is, door alles heen. Maar Jezus wijst radicaal een koningschap af dat alleen gebaseerd was op uiterlijk vertoon en materiële macht. In de laatste dagen van zijn leven zien we hoe Jezus dat doet: als ze hem toch tot koning uitroepen en triomfantelijk Jeruzalem binnen-halen, trèkt Hij Jeruzalem binnen met een heel eigen regie: als rijdier kiest hij een ezel, een dier dat lasten draagt, zoals Jezus zelf ook bereid is doen. Hij zal dat koningschap op een nieuwe, unieke manier in gaan vullen. Nu Jezus – in de lezing vandaag – voor Pilatus staat, geeft Hij toe: Ja, koning ben ik. Het zal later ook vol spot boven het kruis staan: Jezus van Nazareth koning der Joden, INRI. Maar Hij legt Pilatus uit wat het niét is: mijn koningschap is niet van deze wereld, is niet van hier: ‘want deze wereld is gebouwd op uiterlijkheid, op uitsluiting, op sociale controle en oppervlakkig oordeel’. Zijn koningschap wijst naar een God, die ons allemaal liefheeft, wereldwijd, die in zijn barmhartigheid alle mensen levenskansen biedt. Het is een vreemd gesprekje tussen Pilatus en Jezus onder vier ogen – met vraag-wedervraag. Pilatus vertegenwoordigt het keizerlijk gezag en om jezelf ‘koning’ te noemen was levensgevaarlijk zonder toestemming van de Romeinse keizer. Pilatus is dus op zijn hoede. Maar het ging Jezus niet om koning-zijn maar om koningschap: geen leger, geen dienaren, geen fluwelen rode mantel, geen gouden kroon en een paleis en een eigen fanclub –het ging hem om werken aan een wereld-koninkrijk van mensen die hechten aan rechtvaardigheid en waarheid. Die koninklijke trekken van Jezus zien we terug in de verhalen van afgelopen kerkelijk jaar als Jezus oog heeft voor armen en mensen in nood: als Hij de hongerige voedt, de naakte kleedt, de zieke geneest – en als Hij degenen die Zijn levenspad kruisen, met koninklijke waardigheid, met hoogachting en dienstbaarheid benadert.

Ik hoef u niet te vertellen dat het in ons land en in deze wereld steeds meer ontbreekt aan deze waarden, aan deze koninklijke houding. De rellen deze dagen, de taal in de Tweede Kamer, het verkeer op social media is Gods koninkrijk totaal onwaardig. Het Koninkrijk waar Jezus zijn leven voor geeft, is een wereld van liefde. En het is duidelijk dat de wereldbol heel anders zou draaien, als dít het koningschap was van al haar leiders. Het voelt bijna als een droom, dé droom van idealisten en politici wereldwijd om de aarde te redden van opwarming, vervuiling en ontbossing: en die droom is niet nieuw: ook de profeet Daniël zag in zijn droom een figuur op de wolken, die op een mens gelijkt en door wie de wereldrijken van die tijd – vier gevaarlijke beesten – zouden wijken – íémand moet het doen – een nieuwe leider die op koninklijke wijze zal regeren en zich niet zou verliezen in al die kleine dingetjes. Het zou dé oplossing zijn voor veel conflicten op de aardbol. En ja, In het boek van de Openbaring, het laatste Bijbelboek, beschrijft ook zo’n visioen, een droom: het beeld van een vorst die als een lam op een troon zit. Het is duidelijk dat het over Jezus gaat, dat het over de toekomst gaat. Jezus’ koningschap was immers niet van deze wereld. Hij kwam niet om te heersen maar om te dienen. Deze wereld heeft nieuw leiderschap nodig, dat is duidelijk – maar heeft ook geloof nodig, mensen die volhouden, geduld hebben, kunnen wachten en uitzien maar die op de eerste plaats dienen en er zijn voor de ander. Geen koningen om mee te vechten – maar om mee te bidden – en daar, daar wordt de wereld anders van. Amen.